- CATEGORIEËN
Marc Fransen: ‘Antwerpenaren hebben terecht een chauvinistische houding’
‘De Antwerpenaar houdt van zijn stad tot in het diepste van zijn ziel… en uit de grond van zijn hart verwenst hij haar soms.’ Zo begint voormalig ATV-anker Marc Fransen de inleiding van zijn boek Tot in den Draai, een lees- en luisterboek dat in geschreven en gesproken woord de ziel van de Antwerpenaar onthult. En daarmee is al veel gezegd: als er kritiek moet worden gegeven op Antwerpen, dan zal de Antwerpenaar dat zelf wel doen. In de eigen wereldtaal, het plat Antwerps, schrijft Fransen slechts bij momenten, maar verder ademt zijn boek alles uit wat een Antwerpenaar is en soms ook niet is.
Antwaarps, een wereldtaal
De as waarrond de wereld draait, loopt los door ’t Stad. Antwerpenaren noemen hun dialect rotsvast een wereldtaal, daar is iedere Antwerpenaar van overtuigd. ‘Het Antwerps heeft zoveel schone klanken dat ze letters tekort komen in het alfabet.’ Door wie niet het voorrecht heeft als sinjoor geboren te zijn, wordt dit al snel weggezet als dikke-nek-chauvinisme, maar wat weinig mensen weten is dat het Antwerps in de 16de eeuw ook effectief een wereldtaal was. En het zijn niet alleen de Antwerpenaren die dit beweren. Door de Antwerpse haven trokken burgers naar de stad om er handel te drijven wat van Antwerpen de middeleeuwse place to be maakte. Antwerps werd een wereldtaal, gesproken door iedereen die van enig belang was in die tijd. Het was de standaardtaal van de 16de eeuw, benadrukt Fransen.
Antwerpse vertelselkes
De verhalen die in het boek staan worden al vele langer door Fransen verteld. Vier jaar geleden nam Fransen afscheid van zijn werk bij ATV. Het journalistieke en objectieve verhaal was uitverteld. Niet veel later begon het toch weer te kriebelen en begon hij verhaaltjes te vertellen over zijn stad op het al even Antwerpse Radio Minerva. Die verhaaltjes zijn nostalgisch en humoristisch van aard en worden nu dus gebundeld in zijn boek. ‘Er gaat geen week voorbij dat ik geen inspiratie heb, soms is een opmerking of woordspeling voldoende om een verhaaltje te maken.’
Het boek gaat dus niet over het Antwerpse dialect op zich, maar vertelt wel op een ludieke manier verhalen over de stad. Ook mensen die niet van Antwerpen zijn maar wel de ziel van de stad willen ontdekken vinden inspiratie in dit boek.
Antwerps chauvinisme
Mensen van buiten Antwerpen, of van de parking zoals Antwerpenaren zeggen, vinden de mensen van ’t Stad vaak chauvinistisch, of zeg zelfs maar arrogant. Volgens Fransen is die Antwerpse arrogantie terecht. ‘Alles wat goed of slecht is in Vlaanderen heeft altijd een oorsprong in Antwerpen.’ Daarnaast is de arrogante houding ook iets wat Antwerpenaren doorheen de geschiedenis hebben gekweekt. Ze moesten zich wel groot houden want iedereen wou naar ’t Stad komen, zegt Fransen. ‘Antwerpenaren werden overrompeld door andere culturen en talen, vandaar de patriottische attitude.’
Buitenstaanders mogen Antwerpenaren dan wel dikke nekken vinden, ze beschikken ook over een grote dosis zelfspot. Antwerpenaren hebben als het moet kritiek op hun eigen stad, maar buitenstaanders moeten die kritiek niet leveren.
Wie is er van ’t Stad?
Het gebied dat Antwerpen bestrijkt, varieert doorheen de geschiedenis. Wie mag er zich dus Antwerpenaar noemen en wie niet? Volgens Fransen mag iedereen die de stad een warm hart toedraagt zich Antwerpenaar noemen. Je moet wel in de buurt wonen of werken, maar je moet er dus niet noodzakelijk geboren zijn om jezelf een trotse Antwerpenaar te noemen. Tom Lanoye zei ooit, Antwerpen is een moeilijk lief, maar dat maakt het juist interessant. Iemand die moeilijk is, is interessanter dan iemand die over zich heen laat lopen, zegt Fransen.