Volg ons op
Over Ertsberg

Nieuwe ideeën en oude gedachten een kans én de nodige ruimte geven om het debat op een volwassen manier te voeren, met open vizier.
Ontdek onze boeken & auteurs.

Bart De Wever verwelkomt ‘Tot in den draai’

Beste Marc,

Geachte dames en heren

Bart De Wever speecht Tot in den Draai
Burgemeester Bart De Wever

Omdat Marc als gewezen leerkracht Nederlands en minnaar van de Antwerpse volkstaal altijd graag te midden de klanken van zijn moedertaal vertoeft, zal ik maar meteen met de deur in huis vallen:

Omnia mutantur, nihil interit.

Ik zie sommigen onder u met de ogen draaien. Daar is hij weer met zijn Latijn. Maar tot de achttiende eeuw zou iedereen in een achtbaar publiek zoals uzelf die woorden uitstekend begrepen hebben. Voor het gemak zal ik ze even vertalen:

Alles verandert, niets gaat ten onder.

Het zijn de woorden van Ovidius. Ze klinken zwaar. Maar de dichter verklaart zich nader:

Utque novis facilis signatur cera figuris, nec manet ut fuerat, nec formam servat eandem, sed tamen ipsa eadem est.

Brievenwas krijgt steeds nieuwe zegels. Ze blijft niet hetzelfde en behoudt haar vorm niet, maar het blijft nog altijd gewoon brievenwas. 

Taal verandert

Taal verandert. Dat weet Marc als geen ander. Gevraagd hoe hij de overlevingskansen van het Aantwaarps inschat, antwoordde hij ooit eerlijk: “Niet. Het gaat eruit. Als mijn generatie weg is, is het Antwerps ook voorgoed verdwenen.”

Ik wil daar toch een kanttekening bij maken. Taal verandert inderdaad voortdurend. Ze sterft niet zomaar uit met een generatie. De rijke anekdotes uit het verleden blijven ook herkenbaar. 

Denk aan de keer dat een journalist bij de opening van de Scheldetunnels aan Huysmans vroeg hoe “tunnel” moest uitgesproken worden. Als tunnel of tunnél. De journalist wilde natuurlijk de draak steken met de Antwerpse accentkeuzes. U weet wel: het is niet de Frankrijklei maar de Frankrijklei, een eigenaardigheid die misschien zelfs nog van de Spaanse overheersing afkomstig is. Welnu, Camille Huysmans liet zich niet zomaar van zijn stuk brengen. De stoutmoedige journalist kreeg het droge antwoord: “Beste man, wat zegt gij? Pummel of pummél?”

Met het Antwerps wordt gelachen, en dat is de beste manier om het Antwerps levendig te houden. Zelfs een Limburgse Brusselaar als Camille Huysmans kon volbloed Antwerpenaar worden en de finesses begrijpen van de Antwerpse spraak – of moet ik grootspraak zeggen?.

Jarenlange zoektocht naar anekdotes

Tot in den draai is het resultaat van Marcs jarenlange zoektocht naar anekdotes voor zijn vertellingen op Radio Minerva. Marc heeft namelijk geen zittend gat. Hij kon niet alleen leerkracht, acteur, nieuwsanker, presentator, regisseur en zanger zijn. Hij moest ook in alles zijn volkstaal eren. Als Grungblaver, en als schrijver van dit boek.

We zouden daaruit kunnen afleiden dat het toch nog goed is gekomen met de man die in 1989, aan het begin van zijn rijke carrière, in een Wilrijks toneelgezelschap nog een gladde playboy speelde met maar liefst drie aanhoudsters. 

Van 1998 tot 2018 blies hij als ATV-nieuwsanker zonder schroom het aloude Algemeen Beschaafd Nederlandsch – u hoor de “sch” in Nederlands misschien – menig Antwerpse huiskamer in. Hij deed dat kennelijk zelfs terwijl Jo De Poorter een hand op zijn been legde om hem in de war te brengen. Marc, het is nooit te laat om daar klacht over in te dienen. Ge moet zo’n gedrag niet goedpraten.

Niks mis met ABN

Met ABN was niets mis. Een standaardtaal verheft. Vlaanderen had dat bij uitstek ook nodig. 

Onze taal werd tot diep in de twintigste eeuw vernederd. In de gemeenteraadszaal hiertegenover werd tot in de jaren twintig Frans gesproken.

Maar ABN mist uiteraard de couleur locale die een gemeenschap warm houdt. Taal verbindt, maar elke taal op haar manier. Het Nederlands is de taal om elkaar te begrijpen. Het Antwerps is de taal om elkaar aan te voelen, om te zwanzen, om te beminnen. Als een standaardtaal onderwijs en overheid beheerst, vertoeft de volkstaal in het rijk van de vriendschap en de liefde.

Met dat verschil is niets mis, en dat zal ook niet verdwijnen. We zijn allemaal kinderen van onze ouders. We zijn onze ouders niet, maar we blijven wel hun kinderen. Het Antwerps van mijn ouders is niet mijn Antwerps en dat van mij is niet dat van mijn kinderen. Net zoals de taal van de Strangers niet die van Tourist Le MC is. Maar er leeft altijd een vonk van verder. Daar draagt Tot in den draai toe bij. Een boek met weetjes, mijmeringen en anekdotes voor iedereen die van de volkstaal houdt.

Daar wil ik Marc hartelijk voor bedanken.